REGISTER VAN BESCHERMDE CULTUURHISTORISCHE ERFGOEDEREN
Hoogstraat 10 – 12, Otrobanda
Kadastrale gegevens: Stadsdistrict Sectie: B – nr. 2999
“Vrijstaand hoekpand met de hoofdnokken loodrecht op de Hoogstraat, omsloten door de Hoogstraat en de Van Lennepstraat. Anderhalve bouwlaag met kappen, bestaand uit een begane grond en souterrain. Het dak is als volgt samengesteld: twee naast elkaar gelegen schilddaken met de nokken loodrecht op de Hoogstraat en daarachtereen schilddak met de nok evenwijdig aan de Hoogstraat. Het achterste dak heeft een stenen nok, hoekkepers en pirons. Alle daken gedekt met gesmoorde oudhollandse pannen.
Gevels: gepleisterde en geverfde gevels. Lijstgevels met rondgaande brede, geprofileerde gootlijst. Alle gevelopeningen op de begane grond van de oostelijke en westelijke zijgevel hebben aan de bovenzijde een geprofileerde waterlijst op schijnconsoles met daaronder een stucwerk-decoratie in de vorm van een gestileerd kwastje. Onder de vensteropeningen opgedikt pleisterwerk, aan de onderzijde in driehoeksvorm, met drie gestileerde stucwerk-kwastjes. Alle gevelopeningen in het souterrain van de oostelijke en westelijke zijgevel zijn aan de bovenzijde afgewerkt met een halfronde geblokte waterlijst.
Voor(zuid)gevel: begane grond: drie paneeldeuren met houten shutters en segmentboogvormig bovenlicht met bewerkt glas. Rond de deurkozijnen een brede geprofileerde lijst van stucwerk. Op de hoeken van voor- en zijgevels getande hoekblokken.
Voor het pand een betegeld terras over de gehele breedte van de voorgevel. Het terras heeft een balustrade van diagonaal latwerk tussen stenen pilaartjes met geprofileerde dekplaat en stucwerkpanelen op de zijkanten. Op de pilaren aan weerszijden van de entree een gecanneleerde stenen zuil met topbekroning. Het terras ligt hoger dan het erf en wordt bereikt via een stenen trap van tien treden, die naar beneden breder uitloopt. Langs de trap balustrades van uitgezaagde houten spijlen en onderaan twee stenen pilaren met geprofileerde dekplaat en stucwerkpanelen op de zijkanten. Aan de buitenzijde rondom het terras een geprofileerde lijst. Op de hoeken van het terras getande hoekblokken.
Rechter(oost)gevel: begane grond: twee staande vensters met roedeverdeling en vast glas, twee staande vensters met houten shutterramen en een extra houten waterlijst, een staand venster met roedeverdeling en vast glas en een paneeldeur, uitkomend op een stenen balkonnetje met geajoureerde stenen balustrade en een stenen trap naar het erf.
Souterrain: van voor naar achter: een opgeklampte enkelvoudige houten deur als toegang tot de ruimte onder het voorterras, twee staande vensters met enkelvoudige opgeklampte houten luiken, een opgeklampte houten deur, een staand venster en twee opgeklampte houten deuren.
Linker(west)gevel: begane grond: van voor naar achter: drie staande vensters met houten shutterramen (1). Vervolgens springt de gevel naar binnen en vormt zo een overdekt zijterras met een brede trap naar het erf (2). In dit inspringende gedeelte twee paneeldeuren, de eerste enkelvoudig, met houten shutters. In het achterste gedeelte een staand venster.
Souterrain: van voor naar achter: een opgeklampt houten luik als toegang tot de ruimte onder het terras en drie staande vensters met enkelvoudige opgeklampte houten luiken.
Achter(noord)gevel: begane grond: van links naar rechts: twee staande vensters, een paneeldeur, een staand venster en een paneeldeur, alle met houten shutters en geprofileerde waterlijst op schijnconsoles met een gestileerd kwastje. Over de gehele breedte van de achtergevel een houten balkon op stenen pilaren met een balustrade van diagonaal latwerk en een houten trapje naar het erf (3).
Erfscheiding: een stenen onderbouw waarop stenen pilaren met geprofileerde dekplaat en tentdakbekroning. Tussen de pilaartjes hekken van ronde houten spijlen met insnoering en knop aan de bovenkant. In het midden, ter weerszijden van de ingang, twee grote stenen pilaren met geprofileerde dekplaat en op de afgeknotte tentdakbekroning een bol. Tussen deze grote pilaren en de naastgelegen kleine pilaartjes een stukje dichte muur met in- en uitzwenkend gebogen bovenkant met deklijst.
In de noordwesthoek van het erf een vrijstaand gebouwtje van anderhalve bouwlaag met kap. Puntdak, dat gedekt is met gesmoorde oudhollandse pannen met stenen hoekkepers. Door het dakvlak stekende schoorsteen.
Gevels: gepleisterde en geverfde gevels. Lijstgevels met rondgaande gootlijst, die aan de voor- en zijkanten geprofileerd is.
Voorgevel: op de begane grond een staand venster met houten shutterraam en waterlijst.
Souterrain: opgeklampt houten deurtje.
Linkergevel: geheel gesloten.
Achtergevel: aan de linkerkant een staand venster.
Tussen dit gebouwtje en het hoofdpand aan de achterzijde een afsluiting van diagonaal latwerk.
(Opmerkingen:
(1) Hierna een houten aanbouw op stenen pilaren.
(2) Dit zij-terras is afgesloten met hekwerk van later datum.
(3) Met golfplaten afdak op houten pilaren.)
Redengeving:
Gebouw als boven beschreven van algemeen belang wegens schoonheid op grond van de volgende waardestellende criteria:
– stedebouwkundige en architectuurhistorische waarde wegens de markante ligging op een hoek;
– architectuurhistorische en esthetische waarde vanwege onder meer de karakteristieke samenstelling uit meerdere bouwblokken, de afwerking met gepleisterde decoratie van de vensters, het terras voor het pand en de erfafscheiding aan de voorzijde;
– monumentale ensemblewaarde daar het onderdeel vormt van een groter te beschermen stedebouwkundig geheel.
Tot het hierboven vermelde monument behoort al hetgeen dat door bestemming of anderszins rechtens onroerend is.”
Registratie: 1996-08-20
Afschrift Hypotheek: 1996-08-30
Aanwijzing Besluit: 1996-06-26
Publicatie: 1996-07-11
Inzage: 1996-07-11