REGISTER VAN BESCHERMDE CULTUURHISTORISCHE ERFGOEDEREN
L.B. Smithplein 03, Otrobanda
Kadastrale gegevens: Stadsdistrict Sectie: B – nr. 1580
“Vrijstaand pand met de nokken in noordzuidrichting. Twee bouwlagen met kappen. Twee naast elkaar gelegen schilddaken, met pirons.
Gevels: aan vier zijden lijstgevels, aan de noord-, oost- en zuidzijde met een zware geprofileerde gootlijst en aan de westzijde met een smalle ongeprofileerde gootlijst. Boven de gootlijst een lage borstwering. Gepleisterde en geverfde gevels. Enkele deuren zijn paneeldeuren met houten shutters en enkele vensters hebben houten shutterramen (1).
Voorgevel (oostgevel): symmetrische gevelindeling, met op de verdieping een centraal geplaatste deur naar het balkon. Boven deze deur een geprofileerde waterlijst. Links en rechts van deze deur twee staande vensters met gepleisterde, geblokte waterlijsten op schijnconsoles, die in een druppelmotief eindigen. Op de begane grond een centraal geplaatste deuropening met geprofileerde omlijsting. Links en rechts van deze deur twee onder een driehoekig fronton gekoppelde staande vensters, met halfronde driedelige bovenlichten. Boven de bovenlichten een eveneens halfronde lijst, die rust op geprofileerde kapiteeltjes. Het fronton rust op drie naar boven toe zich verjongende pilasters met geprofileerd basement en kapiteel. Op de hoeken van voor- en zijgevels getande hoekblokken.
In de as van het pand, voor de voordeur, een vierkante zgn. “”pronaos””, bestaande uit een balkon, dat rust op vier twee aan twee geplaatste naar boven zich verjongende zuilen, met geprofileerde basementen en kapitelen (2). Tegen de muur rust het balkon op pilasters aan weerszijden van de deuropening.
Over de gehele breedte van de voorgevel een breed bordes, geplaveid met in patroon gelegde witte en zwarte marmeren tegels, in twee formaten. Ter hoogte van de pronaos springt het bordes naar voren en wordt bereikt via U-vormig om het bordes aangelegde trappen. Aan weerszijden van de trappen in de voorzijde van de bordesmuur vier halfronde openingen.
Noordelijke zijgevel: op de verdieping drie staande vensters, waarvan het achterste met houten shutterramen. Boven de vensters gepleisterde, geblokte waterlijsten op schijnconsoles. Op de begane grond links een deur (3), in het midden een staand venster,en rechts een nagenoeg vierkant keukenvenster.
Souterrain: kleine vensteropening.
Zuidelijke zijgevel: drie assen, welke zowel op de verdieping als op de begane rond gevormd worden door rechts een deur (4) en links twee staande vensters. Boven de vensters op de verdieping geblokte gepleisterde waterlijsten op schijnconsoles. Op de begane grond hebben de deur en het venster aan de rechterzijde een halfrond driedelig bovenlicht. De deur is een paneeldeur met houten shutters. Tussen de beide vensters zit in de muur ingebouwd een standgoot, die het hemelwater afvoert naar de regenbak, die zich onder het zuidoostelijk vertrek bevindt. Voor de oostelijke helft van de gevel een houten balkon met een opbouw van houten latwerk in visgraatmotief. Het balkon rust op stenen kolommen, die in de lager gelegen tuin staan (5).
Achtergevel (westgevel): aangezien de rechterhelft van de gevel schuil gaat achter een houten aanbouw, kan alleen de linker helft beschreven worden. Op de verdieping links een deur en rechts een staand venster. Zowel deur als venster hebben een geblokte gepleisterde waterlijst op schijnconsoles. Op de begane grond drie deuropeningen. Een steektrap leidt naar een houten balkon op de verdieping. Op de begane grond stenen trappen naar de deuropeningen.
Interieur: in de hal bevinden zich rechts van de entree, aan weerszijden van een deuropening twee nissen, die aan de bovenzijde voorzien zijn van een halfronde geprofileerde omlijsting die rust op de kapiteeltjes van gecanneleerde pilasters. De basementen van de pilasters staan op een voor de muur uitspringend basement ter breedte van de nis.
Bijgebouwen: ten noordwesten van het huis een dienstwoning, met de nok in noordzuidrichting. Eén bouwlaag met kap. Zadeldak dat ingesloten ligt tussen twee puntgevels, en gedekt is met gesmoorde oudhollandse pannen. Gepleisterde en geverfde gevels.
Oost- en westgevel: lijstgevels met eenvoudige gootlijst. In de oostgevel drie deuropeningen en één venster. Tegen de noordelijke erfafscheiding twee hokken.
Op het terrein ten zuiden van het huis een trapsgewijs tegen de helling aangelegde muur met enige “”sprongen”” (6). Ten oosten van deze muur een terras.
Rond het hele erf een hoge stenen erfafscheiding met aan de voorzijde op twee plaatsen een ingang. De noordelijke tussen twee kolommen.
In de as van de voorgevel een breed toegangshek, met aan weerszijden een smallere voetgangers- ingang. Tussen deze ingangen een spijlenhekwerk (7).
(Opmerkingen:
(1) Ofschoon thans zowel verschillende van de paneeldeuren met houten shutters en als van de houten shutterramen verdwenen zijn, ligt het voor de hand dat voorheen alle deuren, respectievelijk vensters hiervan voorzien waren.
(2) Thans is de balustrade van het balkon boven de pronaos in beton uitgevoerd, evenals de vloer van balkon. Volgens oude foto’swas er vroeger een balustrade van uitgezaagde houten spijlen.
(3) Voor deze deur zat een thans verdwenen serre of overdekt balkon.
(4) Op de plaats van deze deur zat oorspronkelijk een venster.
(5) Van het houten latwerk in visgraatmotief is thans niet veel meer over. Op oude foto’s is te zien hoe het geweest is. Tevens is daarop te zien dat het balkon met een tentdak met flauwe hellingenafgedekt was, en eerst later het trapgat en de trap naar de verdieping gemaakt werden, wat het wijzigen van het venster in een deuropening op de verdieping, (zie opmerking (4) noodzakelijk maakte.
(6) Ter hoogte van de “”sprongen”” stonden kolommetjes, waarvan er nog één in stukken in de tuin ligt.
(7) Volgens een oude foto stonden er in plaats van de huidige vier zes, met verdiepte panelen versierde, stenen kolommen, waartussen een spijlenhekwerk.)
Redengeving:
Gebouw als boven beschreven van algemeen belang wegens schoonheid, betekenis voor de wetenschap en geschiedenis van het land op grond van de volgende waardestellende criteria:
– architectuurhistorische en estethische waarde daar het onder meer een voorbeeld is van een cubusvormig gebouw met een pronaos, met karakteristieke classicistische details;
– cultuurhistorische waarde daar het huis in 1864-1865 in opdracht van A.M. de Rouville gebouwd werd en enige jaren als zijn ambtswoning als gouverneur dienst deed;
– monumentale ensemblewaarde daar het onderdeel vormt van een groter te beschermen stedebouwkundig geheel.
Tot het hierboven vermelde monument behoort al hetgeen dat door bestemming of anderszins rechtens onroerend is.”
Registratie: 1994-11-11
Afschrift Hypotheek: 1994-11-23
Aanwijzing Besluit: 1994-08-01
Publicatie: 1994-08-16
Inzage: 1994-08-17