REGISTER VAN BESCHERMDE CULTUURHISTORISCHE ERFGOEDEREN
Fort Nassau
Kadastrale gegevens: Sectie: I-A – Meetbrief Nr.: 2964, 2963 en 4871
Inleiding
De versterking heeft achtereenvolgens de namen Fort Republiek, Fort George en tenslotte Fort (Oranje) Nassau gekregen. Het fort is, nadat het zijn defensieve functie had verloren, lange tijd als seinpost gebruikt. Het voormalige seinhuis stond op het hoogst mogelijke punt, waar zich vanouds de seinpalen bevonden. Tot in deze eeuw werden door de militaire seiner om twaalf uur ‘s middags en acht uur ‘s avonds tijdschoten gelost. In de Tweede Wereldoorlog was het fort een zwaarbewapende uitkijkpost. De oorspronkelijke opzet van de versterking is nagenoeg bewaard gebleven.
In 1959 is het fort door het eilandbestuur in erfpacht gegeven aan Stichting Monumentenzorg Curaçao. De Stichting heeft de nodige herstelwerkzaamheden laten verrichten en sindsdien wordt het fort geëxploiteerd als restaurant.
Het fort ligt op het hoogste noordoostelijke punt van het schiereiland waarop Scharloo ligt, ongeveer 60 m boven de waterspiegel van het Schottegat. Het bestreek de bergrug de van Scharloo boven de stad en de haven en kon deze met zijn vuur ook direct beheersen. De versterking bestaat uit een grote batterij met een regenbak en kruitmagazijnen, een kleine batterij, een ringmuur en enkele gebouwen op het fortterrein.
Van de oorspronkelijke weg in de as van de hoofdingang is een gedeelte bewaard gebleven. Op enige afstand ten zuidwesten van het fort, ten oosten van de splitsing van de weg naar Fort Nassau, is een belopen put (pos di pia). Deze put dateert evenals Fort Nassau uit 1796-97. Hij is aangelegd ten behoeve van de watervoorziening van de manschappen.
Beschrijving
De grote batterij vormt een gesloten rechthoekig blok van ruim 37 bij 8 meter, met ietwat schuinsopgaande wanden die een hoogte van 6,20 meter hebben. De lengterichting van de batterij is noordoost-zuidwest gericht.
Het fort is opgetrokken in breuksteen en de wanden zijn bepleisterd. Aan de voorzijde is een centraal geplaatste, rondbogige ingang waarachter een steile gang naar het fortterrein leidt. Boven de ingang is een ontlastingsboog. Een afgeronde omgaande lijst geeft het niveau van het bovenvlak aan. Hierboven is een lage borstwering.
De ingang heeft een dubbele, houten poort met ijzerbeslag en duimgehengen. Achter de poort zijn in de muur twee openingen waarin een balk gestoken kan worden om de deur aan de binnenzijde te barricaderen. De gang heeft een schuin oplopend gewelf. In het massieve gedeelte van de grote batterij zijn in het westelijke uiteinde een regenbak en aan de oostkant kleine kruitmagazijnen uitgespaard. Deze uitsparingen zijn voorzien van gewelven. Het hoge platform van de batterij is toegankelijk langs een oprit voor het geschut aan de oostzijde.
Voor de boogomlijsting van de ingangspoort en de ontlastingsboog, de omgaande lijst en de afdekkingen van de borstweringen alsmede de bemetseling van de embrasures is van rode baksteen (22 x 4 of 23 x 5 cm) gebruik gemaakt. Slechts enkele gewelven inwendig zijn van IJsselstenen. De stoep langs de gebouwen aan de achterzijde van de grote batterij is ook met IJsselstenen afgedekt.
De kleine batterij sluit ten halve hoogte aan op de westzijde van de grote batterij. Deze batterij, opgetrokken in breuksteen en bepleisterd, is voorzien van vijf embrasures. Hier liggen nog enkele stuks kanonnen. In het verlengde van de kleine batterij wordt een muur op een wat lager niveau voortgezet. (1)
Het achterliggende, oplopende hoge plateau is voorzien van een ringmuur. Aan de oostzijde, aansluitend op de muur van de genoemde oprit, is de muur laag, ca. 70 cm dik en van schietgaten voorzien. Aan de westzijde is de ringmuur niet meer dan zo’n 30 cm dik.
Van de gebouwen in het fort zijn de aanbouwen, twee losstaande gebouwen en latrines bewaard gebleven. De aanbouwen tegen de achterzijde van de grote batterij, aan weerszijden van de centrale doorgang, zijn aaneen gebouwde eenheden van onder meer de voormalige kazerne en keuken. Ze zijn voorzien van lessenaarsdaken die met rode en gesmoorde Oudhollandse dakpannen gedekt zijn. Een omgaande gootlijst eindigt bij de regenbak aan de westzijde van de grote batterij. Hier bevindt zich een boogvormige tapopening in de regenbak. (2)
In de as van de doorgang in de grote batterij staat een huisje. Het heeft een rechthoekige plattegrond, is opgetrokken in steen over een enkele bouwlaag en heeft een schilddak. De nok van het dak is oostzuid-noordwest gericht. Het dak is gedekt met Oudhollandse pannen en voorzien van gemetselde kepers die met halve pannen zijn afgedekt. Er zijn (restanten van) pirons. Op korte afstand ten westen van dit gebouw staat nog een klein gebouw met een vierkante plattegrond. Het is opgetrokken in steen over een enkele bouwlaag en heeft een tentdak dat gedekt is met Oudhollandse dakpannen. Het dak heeft gemetselde hoekkepers die met halve dakpannen zijn afgedekt. (3)
Op het meest zuidwestelijk punt van het fort staat een latrinegebouw. Het heeft een nagenoeg vierkante plattegrond en is opgetrokken in steen. Het heeft een lessenaarsdakje, de hoge zijde op het zuidoosten, en is gedekt met Oudhollandse dakpannen. De vloer is afgedekt met IJsselstenen. In het interieur zijn tegen de zuidwestelijke wand vier latrineopeningen.
- A) Op enige afstand ten zuidwesten van het fort ligt in de as van de hoofdingang een restant van de oude weg die de versterking ontsloot. Het weglichaam ligt iets hoger dan het omliggende terrein en wordt aan weerszijden begrenst door gestapelde stenen.
- B) Onder aan de helling aan de zuidwestzijde van het fort is een belopen put (pos di pia of pos di trapi). Door middel van een rechte stenen trap aan de westzijde kan men in de put afdalen om water te scheppen. De trap heeft 23 treden, waarvan de bovenste met halve bakstenen zijn afgedekt. Aan de bovenzijde wordt de trap afgesloten door een kleine keermuur ter breedte van de trap. De schacht van de put en de trap zijn aan de bovenzijde afgezet door een omgaande borstwering. Deze muren zijn opgetrokken in steen en zijn gepleisterd. De lagere delen van de schacht – van zowel van de put als van de trap – zijn uitgehakt in steen.
(Opmerkingen:
- Achter deze muur, die thans hoger is opgetrokken en is voorzien van verticale ventilatieopeningen, was een tweede regenbak. Ter plaatse van de voormalige regenbak zijn nu sanitaire voorzieningen van het restaurant.
- De openingen van de aanbouwen tegen de achterzijde van de grote batterij zijn gewijzigd: van sommige vensteropeningen zijn deuropeningen gemaakt en van sommige deuropeningen zijn vensteropeningen gemaakt (zie: Ozinga pag. 104)
- De openingen van de twee gebouwen zijn zeer waarschijnlijk niet meer origineel.)
Redengeving:
Het gebouw als boven beschreven is van algemeen belang wegens schoonheid en volkskundige waarde op grond van de volgende waardestellende criteria:
- architectuur- en cultuurhistorische waarde vanwege de zeldzaamheid van dit monument van vestingbouwkunde voor het eiland;
- historische waarde voor de geschiedenis van de defensie van het eiland;
- ensemblewaarde van het complex van historische gebouwen dat zo prominent gesitueerd is boven de historische binnenstad en de Sint Annabaai;
- cultuur- en volkenkundige waarde vanwege de unieke belopen put.
Tot het hierboven vermelde monument behoort al hetgeen dat door bestemming of anderszins rechtens onroerend is.
Registratie: 2001-10-04
Afschrift Hypotheekbewaarder: 2001-09-11
Aanwijzingsbesluit: 2001-08-07
Publicatie: 2001-08-13
Inzage: gedurende 30 dagen vanaf 2001-08-13