REGISTER VAN BESCHERMDE CULTUURHISTORISCHE ERFGOEDEREN
Landhuis Pos Cabai
Kadastrale gegevens: Sectie: 5 – 5M – 112
Inleiding
De eerst bekende eigenaar van de plantage is Lopez Laguna, die Pos Cabai in 1745 verkoopt aan Sara da Costa Gomez. De naam Pos Cabai wordt in het midden van de 19e-eeuw voor het eerst in een akte genoemd. Op het terrein van de plantage bevond zich een vrije landsput, waarvan de naam Pos Cabai is afgeleid.
Het landhuis ligt op een hoog plateau ten oosten van het Schottegat, vlak bij landhuis Bever.
Beschrijving
Het landhuis bestaat uit een rechthoekig hoofdgebouw en twee kleine, dwarsgeplaatste rechthoekige zijvleugels. De plattegrond van het hoofdgebouw bestaat uit een kern met galerijen aan de langszijden. Het landhuis is opgetrokken in steen over een enkele bouwlaag en kappen. De nok van het hoofdgebouw is oostwest gericht. De kern heeft een zadeldak waarop de lessenaarsdaken van de galerijen aansluiten. Het zadeldak is gevat tussen twee tuitgevels met schouders, deklijsten en zwaar geprofileerde, 19e-eeuwse topbeëindigingen. Het zadeldak heeft tweemaal drie dakkapellen. Ze bestaan uit een driehoekig veld met een centraal geplaatst staand venster plus waterlijsten. De dakkapellen hebben, evenals de sluitgevels van het zadeldak, een tuitvormige, geprofileerde topbeëindiging en deklijsten. (1) Tegen de noordwesthoek van de noordelijke galerij staat de schoorsteen van de voormalige keuken. De bovenrand van de schoorsteen heeft een draperieversiering met kwasten op de hoeken.
De zijvleugels hebben lage zadeldakjes tussen tuitgevels. (2)
De gevels zijn gepleisterd en geverfd. Alle ramen en deuren zijn shutterramen en –deuren. Boven de ramen en deuren van zowel het hoofdgebouw als de zijvleugels is omgaande band. Het hoofdgebouw heeft rijk gedecoreerde gootlijsten, die bij de zijvleugels worden voortgezet als een soort attiek. De gootlijst en de attiek heeft een draperieversiering met twee plooien en een gedetailleerde kwast en een tandlijst.
De zuidgevel (oorsponkelijke voorgevel) heeft een centraal geplaatste dubbele deur en tweemaal drie staande vensters. Op de hoeken van de gevel bevinden zich hoeklisenen, waarop de gootlijst en de band doorloopt. Onder de band is een profiel en nog een band.
De noordgevel heeft een centraal geplaatste dubbele deur en tweemaal twee staande vensters. Op de uiteinden van de gevelwanden sluiten de dwarsgeplaatste zijvleugels aan. De aan de patio gelegen gevels van de zijvleugels hebben telkens twee dubbele deuren. De noordelijke korte gevels van de zijvleugels hebben beide een centraal geplaatst staand venster en spuwers op de hoeken; in het basement van de westelijke vleugel twee overloopgaten van een regenbak; in het basement van de oostelijke vleugel een (dichtgezette) lage deuropening met waterlijst. De oostelijke zijgevel van het huis heeft in de kern 2 staande vensters en in de galerijen telkens een staand venster. De vensters in de galerijen zijn smaller dan de vensters in de kern. In de top van de gevel is een staand venster met een shutterraam, duimgehengen en een waterlijst. Tegen de onderkant van het venster is een geprofileerde lijst ter breedte van het venster. In de top van de gevel is een halfcircelvormige ventilatieopening met een decoratie van peilen (of gestileerde lelies). In de oostelijke zijvleugel twee staande vensters.
De westelijke zijgevel van het hoofdgebouw heeft een centraal geplaatste dubbele deur en in de galerijen telkens een staand venster. Voor de deur een halfcircelvormig stoepje met drie halfcirkelvormige concentrische treden. (2) In de top van de gevel is een staand venster plus waterlijst. Onder het venster is ter breedte van de vensteropening een geprofileerde lijst. In de geveltop is een halfcircelvormige ventilatieopening, die – zoals aan de oostzijde – is omgeven door een decoratie van peilen (of gestileerde lelies). In de westelijke zijvleugel twee staande vensters; in het basement van de zijvleugel een staande opening van de regenbak en een kleine vierkante bak met een tappunt.
Interieur
De oorspronkelijke indeling van een kern met galerijen aan de langszijden is nog herkenbaar. De kern en de galerij hebben een vloer van houten delen. (3) In de kernwanden zijn schuiframen. Van één vensteropening in de kernwand – in het noordelijke gedeelte van de noordelijke galerij – zijn de vouwblinden (Ozinga, afb. 236) in een dichtgezette opening bewaard gebleven.
Van de voormalige oude keuken is de grote fogon gedeeltelijk bewaard gebleven. (4) De regenbak in het basement van de westelijke zijvleugel is door middel van een tussenschot in twee delen is verdeeld. Deze staan door middel van een overloop met elkaar in verbinding.
Terrassen
Aan de zuidzijde een terras over de volle breedte van de gevel met een lage borstwering. In de as van de hoofdingang een naar onder toe uitzwenkende trap. Het bovenste gedeelte van de trap heeft rechte treden. Na een bordes volgen nog vijf segmentvormige treden. De borstwering van de trap, die aansluit op de borstwering van het terras, heeft in- en uitzwenkende bovenzijde. Onder aan de trap eindigt de borstwering in een ronde verdikking. De bovenzijde van de borstwering en de bovenste treden zijn afgedekt met plavuizen van roodbakkende klei.
Het terras aan de noordzijde ligt tussen de dwarsgeplaatste zijvleugels. (5) Aan de noordzijde wordt het terras begrensd door een opengewerkte borstwering van baksteen met een doorgang in de as van de (achter)ingang van het hoofdgebouw. (6) De geajoureerde borstwering heeft tweemaal vier vierkante kolommen met aan de buitenzijden profileringen aan de boven- en onderkant. De borstwering is afgedekt met witte marmeren tegels. In het basement van het terras is rechts van de doorgang een dubbele houten deur met duimgehengen.
Voor westelijke zijgevel is over de gevelbreedte van het hoofdgebouw een terras met een dichte, lage borstwering en afgeronde bovenzijden. (7) Het basement van het terras heeft schuinoplopende wanden. Aan de noordzijde van het terras is een trap met en naar onderen toe uitzwenkende borstwering en bolle bovenzijden. De twee onderste treden van de trap zijn segmentvormig. Aan de zuidzijde is ook een doorgang.
Bijgebouw
Ten noordwesten van het landhuis staat een bijgebouw met een langgerekte, rechthoekige plattegrond. Het is opgetrokken in steen over een enkele bouwlaag en heeft een lessenaarsdak met de hoge zijde op het zuiden. (9) De gevels zijn gepleisterd en geverfd. In de zuidgevel is een centraal geplaatste dubbele schuurdeur. (10) Boven de deuren is een omgaande band, die op de zijgevels wordt voortgezet. Boven de centraal geplaatste deur is een ventilatieopening bestaande uit een geprofileerde halve circel.
(Opmerking
- De daken waren gedekt met Oud-Hollandse dakpannen met omgekeerde halve pannen op de nokken.
- De zadeldaken van de zijvleugels zijn afgedekt door golfplaten.
- De goot langs de westgevel is verwijderd.
- De vloeren zijn tijdens een restauratie afgedekt door een parketvloer.
- De fogon heeft een segmentboog, waarvan een gedeelte is afgescheiden voor deuropening in de later toegevoegde zijvleugel.
- Het terras was tot voor de restauratie afgedekt met plavuizen van roodbakkende klei.
- De trap die het terras ontsluit is tijdens de laatste restauratie gewijzigd.
- Ten tijde van Ozinga was het terras afgedekt met “zwarte en witte marmeren tegels”. Zie: Ozinga, pag. 219.
- Het dak is vernieuwd tijdens de laatste restauratie. Het was gedekt met Oud-Hollandse dakpannen.
- Tijdens de laatste restauratie zijn in de gevelwand openingen toegevoegd. Links van de centrale deur was een opgeklampte houten deur, waarvoor een recht trapje met twee treden.)
Redengeving
Het gebouw als boven beschreven is van algemeen belang wegens schoonheid en volkskundige waarde op grond van de volgende waardestellende criteria:
- architectuur- en cultuurhistorische waarde als landhuis met een voor Curaçao kenmerkende opzet van een kern met galerijen aan de langszijden;
- architectuurhistorische waarde vanwege de rijke 19e-eeuwse draperieversiering op de gootlijsten en andere neoclassicistische decoratieve elementen;
- ensemblewaarde vanwege de samenhang tussen het landhuis en het bijgebouw en de situering in het terrein.
Tot het hierboven vermelde monument behoort al hetgeen dat door bestemming of anderszins rechtens onroerend is.
Registratie: 21 februari 2005
Afschrift Hypotheekbewaarder: 25 februari 2005
Aanwijzingsbesluit: 8 augustus 2003
Publicatie: 8 augustus 2003
Inzage: gedurende 6 weken vanaf 8 september 2003