REGISTER VAN BESCHERMDE CULTUURHISTORISCHE ERFGOEDEREN
Scharlooweg 68 – Scharloo
Kadastrale gegevens: Stadsdistrict Sectie: A – nr. 4763
“Vrijstaand pand bestaande uit een hoofdgebouw met een uitbouw aan de voorzijde en twee naast elkaar gelegen aanbouwen aan de westzijde. De nok van het hoofdgebouw loopt evenwijdig aan de Scharlooweg en de nokken van de uitbouw en aanbouwen staan loodrecht op de Scharlooweg.
Hoofdgebouw en uitbouw: twee bouwlagen met kappen, aanbouwen: één bouwlaag met kappen. Het hoofdgebouw is voorzien van een zadeldak, waar het zadeldak van de uitbouw op aansluit; beide daken zijn gedekt met rode oudhollandse pannen. Op het zuidelijk dakvlak van het hoofdgebouw een driehoekige dakkapel met geprofileerde deklijst en een staand venster.
De aanbouwen zijn ieder voorzien van een lessenaarsdak, met een goot daartussen, en gedekt met rode oudhollandse pannen.
Gevels: gepleisterde en geverfde gevels (1).
Voorgevel (noordgevel): lijstgevel met geprofileerde gootlijst die zich in een eenvoudiger vorm langs alle gevels voortzet. De gevel van de uitbouw wordt boven de gootlijst bekroond door een driehoekig fronton met geprofileerde deklijst en een halfrond oculus in het tympaan.
In de voorgevel van het hoofdgebouw aan weerszijden van de uitbouw op zowel verdieping als begane grond een staand venster, op de begane grond met waterlijst.
In de voorgevel van de uitbouw op de verdieping een staand venster, op de begane grond een deur met waterlijst. Onder het venster doorlopend band, die zich langs alle gevels voortzet. In beide zijgevels van de uitbouw op verdieping en begane grond een staand venster.
In de voorgevel van de eerste aanbouw een deur en in de tweede aanbouw een staand venster, beide voorzien van waterlijst.
Oostelijke en westelijke zijgevels: in het hoofdgebouw aan de oost- en westzijde puntgevel met geprofileerde deklijst en een staand venster met waterlijst. In de top van de westelijke gevel gepleisterde plaat. In beide gevels op de verdieping drie staande vensters.
Tegen de oostgevel standgoot, met kapiteel gevormd door een vooruitspringend gedeelte van de gootlijst.
In de westgevel, op de begane grond in de tweede aanbouw een staand venster (2).
Achtergevel: deze wordt gevormd door de achtergevel van het hoofdgebouw en de achtergevel van de aanbouwen.
In het hoofdgebouw op de verdieping vier staande vensters; onder de vensters doorlopende vensterband. Op de begane grond een deur met een staand venster aan weerszijden, alle met doorlopende waterlijst.
Op de zuid-oosthoek boogvormig aquaduct naar een tweede boogvormig aquaduct naar de regenbak in de zuidoosthoek van de achtertuin.
De achtergevel van de eerste aanbouw heeft een ongeprofileerde deklijst die bij de doorlopende waterlijst van het hoofdgebouw aansluit. In de gevel een deur.
De tweede aanbouw heeft een lijstgevel met zwaar geprofileerde gootlijst en een deur. Tegen de zuid-westhoek van de tweede aanbouw een boogvormig aquaduct naar een regenbak in de zuid-westhoek van de achtertuin.
Interieur: in de middelste zaal schuiframen tussen zaal en andere vertrekken. Van de zaal naar de achtergalerij geprofileerde houten korfboogvormige doorgang. Enkele vensters hebben aan de binnenzijde een geprofileerde lijst. In de achtergalerij aan de westzijde houten trap naar de verdieping, met uitgesneden houten balustrade.
Bijgebouwen: in de tuin aan de noordwestzijde een bijgebouw met de nok loodrecht op de Scharlooweg. Eén bouwlaag met kap. Het bijgebouw is voorzien van een zadeldak gedekt met rode oudhollandse pannen. De voor- en achtergevels zijn puntgevels zonder deklijst. In de voorgevel een deur (3), en in de oostgevel twee staande vensters. De achtergevel heeft een ongeprofileerde gootlijst en een staand venster.
De regenbak in de zuidwesthoek van de tuin is voorzien van een lessenaarsdak (4) en heeft aan de oostzijde een eenvoudig geprofileerde gootlijst.
De regenbak aan de zuidoostzijde is voorzien van een zadeldak met de nok loodrecht op de Scharlooweg. Het zadeldak ligt ingesloten tussen twee puntgevels zonder deklijst. In de noordgevel een klein venster, in de westgevel twee overloopgaten en een deur in het voormalige washokje.
Tuin: tussen de noordwesthoek van de voorgevel van het hoofdgebouw en het oostelijke bijgebouw een voetingmuur onderbroken door pilaartjes met een houten spijlenhek. Dit scheidt een deel van de tuin af. Dit deel is versierd met bloemperken.
Loodrecht op de voorgevel van de uitbouw twee gemetselde banken.
Erfafscheiding: aan de Scharlooweg voetingmuur onderbroken door pilaartjes met topbekroning. Tussen de pilaartjes houten spijlenhek.
(Opmerkingen:
(1) Vermoedelijk waren alle deuren houten shutter-paneeldeuren en hadden alle vensters houten shutterramen.
(2) De oostgevel van het hoofdgebouw valt op de begane grond weg achter een moderne aanbouw.
(3) De noordgevel van het bijgebouw valt weg achter een moderne aanbouw.
(4) Het dak van de regenbak is gedekt met eternit platen.)
Redengeving:
Gebouw als boven beschreven van algemeen belang wegens schoonheid op grond van de volgende waardestellende criteria:
– architectuurhistorische waarde wegens onder meer de voor Scharloo afwijkende opzet van het grondplan van het pand;
– monumentale ensemblewaarde daar het onderdeel vormt van een groter te beschermen stedebouwkundig geheel.
Tot het hierboven vermelde monument behoort al hetgeen dat door bestemming of anderszins rechtens onroerend is.”
Registratie: 1995-03-31
Afschrift Hypotheek: 1995-04-21
Aanwijzing Besluit: 1995-02-13
Publicatie: 1995-03-01
Inzage: 1995-03-02