REGISTER VAN BESCHERMDE CULTUURHISTORISCHE ERFGOEDEREN
Landhuis Pannekoek
Kadastrale gegevens: meetbrief 567/74 en domkaart XXI Nr.
Inleiding
De gronden van Pannekoek maakten in de 17e-eeuw deel uit van de uitgestrekte weide- of savannegronden tussen de Compagnieplantages Leliënberg (nabij Barber) en St. Marie.
Oorspronkelijk werd Pannekoek slechts gezien als een bij de plantage Groot Santa Martha horende “tuin”.
Landhuis Pannekoek is gelegen aan de voet van een heuvel nabij de doorgaande weg richting Soto en is waarschijnlijk gebouwd in het eerste decennia van de 19e eeuw. Het pand heeft een sober vroeg-19e-eeuws karakter.
Beschrijving
Het landhuis is opgetrokken in steen over een enkele bouwlaag met kap op een rechthoekige plattegrond. De plattegrond bestaat uit een rechthoekige kern met galerijen rondom. De kern heeft een zadeldak dat is ingesloten tussen twee eenvoudige 19e-eeuwse topgevels met vlakke deklijsten. De nok van het dak is oostwest gericht. De galerijen zijn afgedekt met lessenaarsdaken die aan de lange zijden aansluiten op het zadeldak. (1)
De lessenaarsdaken eindigen in een gemetselde goot die op de muur is gelegen en aansluit op het aquaduct naar de regenbak. De goot heeft een omgaande vlakke lijst. Op het zuidwestelijke lessenaardak staat een schoorsteen met aan de bovenzijde een vlakke lijst en een driehoekige afsluiting.
Alle muren zijn gepleisterd en geverfd. De vensters zijn staande vensters.
In de zuidgevel (voorgevel) is een centraal geplaatste opgeklampte dubbele houten deur met aan weerszijden drie staande vensters met opgeklampte houten luiken met duimgehengen. (2)
In de noordgevel is een centraal geplaatste opgeklampte dubbele houten deur met aan weerszijden twee staande vensters met opgeklampte houten luiken. Langs de gehele noordgevel is een smal terras met lage borstwering en centraal geplaatst een stenen trapje van twee treden.
Op de noordwesthoek van het pand sluit, over de breedte van het terras aan de noordzijde, een toilethokje aan. Dit heeft aan de oostzijde een dubbele deur met houten shutters en aan de noordzijde een klein staand venster met houten shutterraam (3).
De oostgevel heeft een centraal geplaatste dubbele deur met aan weerszijden een staand venster (4).
De westgevel heeft een centraal geplaatst staand venster met opgeklampte houten luiken. Ten noorden van het venster is een dubbele deur met houten shutters met twee stenen traptreden ervoor. Ten zuiden van het venster is een houten opgeklampte dubbele deur met een recht stenen trapje ervoor.
De topgevels hebben een centraal geplaatst staand venster met houten opgeklampte luiken en een waterlijst erboven.
Interieur
De dikte van de binnen- en buitenmuren varieert tussen de 45 en 50 cm. Nagenoeg in het midden van de kern bevindt zich de helft van de voormalige scheidingsmuur, die de kern in twee vertrekken onderverdeelde (5). De kernwanden hebben vier doorgangen en zes vensteropeningen. In de zuidwesthoek is de keuken met fogòn (6).
- Regenbak
Aan de oostzijde van het huis een stenen regenbak, verbonden met de zuidgevel van het hoofdgebouw door middel van een lager dan de goot gelegen aquaduct. De regenbak heeft een zadeldak, ingeklemd tussen twee tuitgevels met 19e-eeuwse topbeëindiging en vlakke deklijsten. Aan de noordzijde een rechte stenen trap en een tapopening met een opgeklampt houten luik. (7)
- Put:
Aan de zuidoostzijde van het landhuis is een put.
- Dammen
Er zijn twee dammen aanwezig. Aan de oostzijde en aan de zuid-oostzijde van het landhuis.
(Opmerkingen:
- Het dak is afgedekt met opnieuw-verbeterde Hollandse pannen, deze zijn niet origineel. Zeer waarschijnlijk hebben er oorspronkelijk oudhollandse pannen op het dak gelegen.
- Het brede terras aan de zuidgevel en de borstwering zijn, gelet op de betonblokken en –tegels, van recente bouwdatum. Zeer waarschijnlijk was aan deze zijde oorspronkelijk een minder diep terras over de volle breede van het landhuis.
- Ten noorden van het toilethokje is een recent bijgebouwtje dat verbonden is met de westgevel door middel van een eveneens recente boogconstructie in de vorm van een aquaduct.
- De deur en luiken in de oostgevel zijn van staal, dit is niet oorspronkelijk.
- Tijdens een verbouwing omstreeks 1970 is een gedeelte van de scheidingswand afgebroken. Hierbij is de rechte houten steektrap, die vanuit de achtergalerij de zolderverdieping ontsloot, vervangen door een stalen spiltrap.
- In de keuken is een modern aanrecht. In de noordhoek van de westelijke galerij zijn ten behoeve van de Stichting Jeugdcentrum Curaçao sanitaire voorzieningen aangebracht. Op de begane grond liggen momenteel in alle ruimten hardgebakken tegels. Oorspronkelijk bestond de vloer uit houten delen.
- Op het zuidelijke topgeveltje stond de datum “Ano 1868” vermeld. (Newton, 1990))
Redengeving:
Het gebouw als boven beschreven is van algemeen belang wegens schoonheid en volkskundige waarde op grond van de volgende waardestellende criteria:
- architectuur- en cultuurhistorische waarde als landhuis met een voor Curaçao kenmerkende opbouw van een kern met galerijen rondom;
- architectuurhistorische waarde als voorbeeld van een gebouw in de neo-Curaçaos Hollandse stijl.
- ensemblewaarde vanwege de samenhang tussen het landhuis, toilethuisje, regenbak, put en dammen.
- volkskundige waarde vanwege de geschiedenis van het landhuis in zijn omgeving.
Tot het hierboven vermelde monument behoort al hetgeen dat door bestemming of anderszins rechtens onroerend is.
Register: 23 september 2010
Afschrift Hypotheekbewaarder: 24 september 2010
Aanwijzingsbesluit: 28 juli 2010
Publicatie: 28 juli 2010
Inzage: gedurende 6 weken vanaf 28 juli 2010 tot 8 september 2010
Literatuur:
M.A. Newton, Architektuur en bouwwijze van het Curaçaose landhuis, Delft 1990 ( pag. 233 e.v.)
Storende elementen:
- De stalen deur en luiken in de oostgevel.
- De stalen spiltrap in de kern van het landhuis.
- De ingrijpende wijzigingen ten behoeve van de nieuwe functie, zoals de sanitaire voorzieningen, de hardgebakken tegels op de vloeren en de wijziging van de deur- in een vensteropening tussen de keuken en de voorgalerij.